LTO wil overleg over gevolgen bodemvondsten Noordoostpolder

Dat zegt voorzitter Marien Verhage van LTO Noordoostpolder in reactie op berichten dat restanten zijn gevonden van een viertal nederzettingen uit de late middeleeuwen. Het zou gaan om de voormalige dorpen Marcnesse, Nagele, Fenehuysen I en Fenehuysen II.

Volgens archeologisch onderzoeker Yftinus van Popta van Rijksuniversiteit Groningen mogen op de nu gevonden vier locaties alleen nog bodembewerkingen tot 30 centimeter worden uitgevoerd. In principe kan er dan niet meer worden gegraven, tenzij aanvullend bodemonderzoek uitwijst dat het geen kwaad kan.

Grondbewerkingen

Als het aan Verhage ligt, komen er op de nu gevonden locaties zo min mogelijk beperkingen op diepere grondbewerkingen. 'Het gaat dan bijvoorbeeld om activiteiten als draineren, egaliseren en woelen van rijsporen. Het is rond Schokland ook gelukt om daar in goed overleg met de gemeente zo veel mogelijk grond voor vrij te geven.'

Verhage gaat er vanuit dat dit voor de nu gevonden vier locaties ook gaat lukken. 'Archeologie is mooi, maar het kan voor de boeren ook duur uitpakken. Je moet je afvragen of wat er nu nog wordt gevonden, ook nog waardevol is voor later.'