Aanpassen aan klimaatverandering: Wim Stegeman pioniert met groenbemesters

Met een akkerbouwbedrijf van 50 hectare in het Flevolandse Lelystad teelt Stegeman zo'n vijftien verschillende gewassen. De helft daarvan zijn rustgewassen om de biodiversiteit te bevorderen. Door deze brede variatie kan hij bepalen welke gewassen het beste bij zijn bedrijf passen en risico's spreiden. Het spreiden van de zaai- en oogstperiodes helpt hem om de impact van droogte en hitte te minimaliseren en opbrengstverliezen te beperken.

De ouders van Stegeman waren polderpioniers en die geest van innovatie en aanpassing past hem ook heel goed. Zijn bedrijf rust op drie fundamenten: economie, duurzaamheid en biodiversiteit. Om in te spelen op vraagstukken als bodembeheersing, opslag van koolstof en bodembeestjes is hij een grote proef met twaalf verschillende groenbemesters gestart.

Groenbemesters als veevoer

Waar de ondernemer eerder dacht dat groenbemesters moesten bevriezen om de grond zwart te houden, experimenteert hij nu ook met soorten die niet bevriezen. Mogelijk kunnen de groenbemesters ook als veevoer dienen. Verder onderzoekt Stegeman welke insecten door het warmere klimaat meer problemen kunnen veroorzaken.

Al vijftien jaar past Stegeman niet-kerende grondbewerking toe, wat heeft geleid tot een hoger organischestofgehalte en een beter bewerkbare bodem. Bodems met een hoog organischestofgehalte houden meer water vast, wat gunstig is voor zowel hoofd- als jaarrond gewassen. Groene gewassen hebben zijn voorkeur, omdat ze bijdragen aan koolstofopslag en een hogere organischestofopbouw.

Stegeman is een van de tafelgasten tijdens het webinar Toekomstbestendig telen; omgaan met klimaatuitdagingen op 18 november. Meer weten over zijn praktische tips en inzichten? Meld u hier aan.