EU verhoogt tarieven op Russische landbouwproducten en meststoffen

Dat hebben de EU-lidstaten donderdag besloten. Doel van de nieuwe heffingen is om de afhankelijkheid van de EU van deze import te verminderen en de Russische exportinkomsten te verlagen. 'Daarmee wordt het vermogen van Rusland om zijn brute oorlog te financieren verminderd', zegt de Poolse minister Michal Baranowski (Economie en Handel). Polen is momenteel voorzitter van de Europese Unie.

De importheffingen op landbouwproducten waarvoor die nog niet golden, gaan op 1 juli in. De EU voerde in 2023 voor 380 miljoen euro aan landbouwproducten uit Rusland in, waarvoor nu hogere importtarieven gaan gelden. Vanuit Wit-Rusland had de import dat jaar een waarde van 92 miljoen euro.

Overgangsperiode

De tariefverhogingen voor meststoffen worden geleidelijk doorgevoerd. Hiervoor geldt een overgangsperiode van drie jaar. Bij de eerste verhoging komt er 13,5 procent bovenop de huidige heffing van 6,5 procent. In 2023 importeerden de EU-lidstaten voor bijna 1,3 miljard euro aan meststoffen vanuit Rusland en voor 29,6 miljoen euro uit Wit-Rusland.

De huidige invoer van landbouwproducten en meststoffen waarvoor de nieuwe tarieven gaan gelden, 'is een vorm van afhankelijkheid van de Russische Federatie', vindt de Europese Commissie. Ze wil voorkomen dat de voedselzekerheid van de EU in gevaar komt. De commissie vreest daarnaast dat de invoer van meststoffen ten prooi zou kunnen vallen aan 'mogelijke dwangmaatregelen' van Rusland.

De Europese Commissie had de verhoging vorige maand al voorgesteld. De EU-lidstaten hebben het voorstel ongewijzigd aangenomen.